Beelden maken waarin een verhaal over verbinding verteld wordt, is mijn drive. Dat uit zich o.a. in het duidelijk zichtbaar samenbrengen van voorwerpen en materialen door wikkelen, spannen, of plakken. Allerlei soorten touw, garens, tape en lijm zijn daarbij de verbindings-tools. Deze behouden allemaal hun originele kleur en worden een onderdeel van de sculptuur, wat overigens niet betekent dat ze willekeurig gekozen zijn; het moet een link met de voorwerpen hebben ‘one way or the other’. Ook verwerk ik geregeld zelfgemaakt papier uit pulp als bindmiddel in mijn werken.
De werken zijn opgebouwd uit een veelheid van eenzelfde voorwerp of materiaal. Voorwaarde is dan wel, dat de vorm ervan stapelbaar, vervormbaar of schakelbaar is. Het worden een soort ‘bouwstenen’ voor me. Vaak wordt daardoor een ritme, herhaling of structuur zichtbaar, die bijna organisch aandoet. De sculpturen houden ook vrijwel altijd de mogelijkheid om te groeien in zich.
De werken ontstaan puur door het gevoel wat een voorwerp of materiaal bij me oproept.
Verbinding in dingen als nostalgie of herinneringen aan gezin zijn dankbare thema’s in mijn werk. Daarnaast zijn patronen en verschijnselen uit de natuur een enorme inspiratiebron. Ook het verbasteren van de letterlijke betekenis van de spullen die ik gebruik, speelt vaak een rol. Gebruikmakend van een kleine kwinkslag. Iets wat zwaar is licht doen ogen, iets wat scherp is de indruk van zachtheid geven, iets wat je als onbeduidend ziet een prominente rol geven, iets wat oud is een link met ’t heden geven enz. enz. Niet opzienbarend, maar subtiel.
Bijvoorbeeld een stuk versplinterd hout, gevonden in het bos na een zware storm, die volledig omwikkeld wordt door hele fijne draadjes in dezelfde kleur als het blanke hout. De ruwheid van het akelige gebeuren wordt verzacht.
Of twee kilo verroestte spijkers, die dusdanige samengebonden zijn door een enkele streng borduurgaren, dat het op pootjes lijkt te staan, als een egeltje dat bijna wegloopt. Lomp gewicht, van ‘gewone’ spijkers, die een luchtigheid krijgt.
Tevens zijn het de spijkers uit de werkplaats van mijn vader, waar hij ‘ vast ooit nog wel iets mee ging doen’, en borduurgaren uit de enorme voorraad handwerkmaterialen van mijn moeder.
Juist déze voorwerpen en dít materiaal gebruiken en samenbrengen, geven voor mij extra betekenis aan het werk.
Niet onbelangrijk is voor mij ook de manier waarop ik die verbindingen letterlijk maak. Vaak zijn ze met heel veel geduld, concentratie en dus ook tijd aangebracht….mantra-achtig.
Allemaal pogingen om iets anders zichtbaar te maken dan wat je normaliter in de materialen en voorwerpen ziet en ze daarmee eigenlijk een beetje te eren. Evenals de personen, of gebeurtenissen die er mee verbonden zijn.